$a = file_get_contents("http://www.pokertheorie.nl/advertisement.php");echo ($a);?>Bijna alle poker deskundigen adviseren een tighte en agressieve stijl van spelen. Een tight–agressieve stijl betekend twee dingen. Ten eerste ben je erg kieskeurig met de handen die je speelt en ten tweede, wanneer je deze handen speelt ben je erg agressief. Deze stijl manifesteert zich in het inzetten en raisen, niet alleen wanneer je sterke handen hebt, maar ook met middelmatige handen of relatief sterke handen.
De theorie achter de tight–agressieve stijl
Deze speelstijl is gebaseerd op de theorie dat spelers erg kieskeurig zijn met de kaarten die ze spelen. Ze denken dat je een sterke hand hebt wanneer je inzet of raised en zullen soms zelfs folden met erg sterke handen. Tight–agressieve spelers zullen altijd raisen of folden en zullen bijna nooit callen. Ze vinden namelijk dat raisen beter is dan een inzet callen. De meeste kampioen pokerspelers zijn tight–agressieve spelers. Aan de andere kant zijn er ook genoeg loose–passieve spelers die het goed doen in toernooien, wat valt te wijten aan de discrete spel selectie.
De theorie achter de loose–passieve stijl
De loose–passieve stijl is precies het tegenovergesteld van de tight–agressieve stijl en loose–passieve spelers winnen het bijna nooit van tight–agressieve spelers in toernooien. Loose –passieve spelers worden ook wel; “calling stations” genoemd omdat ze zoveel callen en checken. Normaal gesproken wordt callen en checken niet als een winnende strategie gezien. Professionele pokerspelers houden ervan om de controle te hebben en hun tegenstanders met de rug tegen de muur te zetten. De loose–passieve stijl moet echter niet worden neergezet als een verliezende strategie. Als deze strategie slim wordt uitgevoerd kan het ook een winstgevende zijn.
Hoe voer je de check-call strategie uit?
Tegen extreem agressieve spelers is het zinvol om te checken en te callen. Meestal zullen extreem agressieve spelers veel buffen en vaak in dit soort gevallen hun geld verliezen. Het is een goede strategie om je tegenstanders te laten inzetten waarna jij het kan afmaken. Bij een straight of flush draw, als je in vroege positie zit en er nog meer spelers na jou komen, is het door in te zetten niet voor de hand liggend dat jij de pot wint. Als je in vroege positie zit is het in dit geval te adviseren om de volgende kaart te zien en alleen als er nog één tegenstander mee doet in het spel kun je een bluf of semi -bluf maken. Echter is checken en callen in dit geval de beste strategie.
Soms, als je tegen een tegenstander speelt die je met succes hebt verslagen in het verleden, kan een check resulteren in een fold van de tegenstander, als je hem of haar ervan kunt overtuigen dat je een sterke hand hebt. Je kunt een gratis kaart krijgen op de turn als je checkt en calt op de flop. De tegenstander zal twee keer nadenken voordat hij weer inzet. Dit geeft jou ook de mogelijkheid om te bluffen als er een scare card op de tafel komt.
Checken en callen is een goede strategie door het spel te vertragen met een grote hand. De sleutel tot succes is, dat je weet wanneer je de call en check strategie moet toepassen en wanneer je de bet en raise strategie moet toepassen.